Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13 15 17
Er zijn 24 woorden bevattend met RETORIoorlogsretoriek oorlogsretorieken pretoria Pretoria pretoriaan Pretoriaan Pretoriaans Pretoriaanse Pretoriaansen pretorianen Pretorianen pretorium pretoriumpje pretoriumpjes pretoriums retorica retorica's retorici retoricus retoriek retorieken retoriekje retoriekjes retorisch 27 definities gevonden- oorlogsretoriek — n. Taalgebruik dat getuigt van de wil om ten strijde te trekken.
- oorlogsretorieken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord oorlogsretoriek.
- pretoria — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord pretorium.
- Pretoria — eig. (Toponiem) de hoofdstad van Zuid-Afrika.
- pretoriaan — n. Lijfwacht van Romeinse keizers.
- Pretoriaan — n. (Demoniem) een inwoner van Pretoria, of iemand afkomstig uit Pretoria.
- Pretoriaans — bijv. (Demoniem) op Pretoria betrekking hebbend.
- Pretoriaanse — n. (Demoniem) een vrouwelijke inwoner van Pretoria, of een vrouw…
- Pretoriaansen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord Pretoriaanse.
- pretorianen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord pretoriaan.
- Pretorianen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord Pretoriaan.
- pretorium — n. (Geschiedenis) hoofdkwartier van de keizerlijke lijfwacht in het oude Rome. — n. (Geschiedenis) de residentie van de procurator (stadhouder…
- pretoriumpje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord pretorium.
- pretoriumpjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord pretorium.
- pretoriums — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord pretorium.
- retorica — n. Leer van de welsprekendheid.
- retorica's — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord retorica.
- retorici — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord retoricus.
- retoricus — n. Iemand die getraind is in de welsprekendheid.
- retoriek — n. De leer van de welsprekendheid.
- retorieken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord retoriek.
- retoriekje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord retoriek.
- retoriekjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord retoriek.
- retorisch — bijv. Van of als van de retorica. — bijv. Bombastisch. — bijv. Voorspelbaar en vanzelfsprekend.
Zie deze lijst voor:
|