Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13 14 15
Er zijn 21 woorden bevattend met RIGEERcorrigeer corrigeerbaar corrigeerde corrigeerden corrigeert dirigeer dirigeerde dirigeerden dirigeerstok dirigeerstokje dirigeerstokjes dirigeerstokken dirigeert intrigeer intrigeerde intrigeerden intrigeert irrigeer irrigeerde irrigeerden irrigeert 37 definities gevonden- corrigeer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van corrigeren. — w. Gebiedende wijs van corrigeren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van corrigeren.
- corrigeerbaar — bijv. Met de mogelijkheid om fouten te verbeteren.
- corrigeerde — w. Enkelvoud verleden tijd van corrigeren.
- corrigeerden — w. Meervoud verleden tijd van corrigeren.
- corrigeert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van corrigeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van corrigeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van corrigeren.
- dirigeer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dirigeren. — w. Gebiedende wijs van dirigeren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dirigeren.
- dirigeerde — w. Enkelvoud verleden tijd van dirigeren.
- dirigeerden — w. Meervoud verleden tijd van dirigeren.
- dirigeerstok — n. (Muziekinstrument) dun staafje dat de leider van een orkest…
- dirigeerstokje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord dirigeerstok.
- dirigeerstokjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord dirigeerstok.
- dirigeerstokken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord dirigeerstok.
- dirigeert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dirigeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dirigeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van dirigeren.
- intrigeer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van intrigeren. — w. Gebiedende wijs van intrigeren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van intrigeren.
- intrigeerde — w. Enkelvoud verleden tijd van intrigeren.
- intrigeerden — w. Meervoud verleden tijd van intrigeren.
- intrigeert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van intrigeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van intrigeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van intrigeren.
- irrigeer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van irrigeren. — w. Gebiedende wijs van irrigeren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van irrigeren.
- irrigeerde — w. Enkelvoud verleden tijd van irrigeren.
- irrigeerden — w. Meervoud verleden tijd van irrigeren.
- irrigeert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van irrigeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van irrigeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van irrigeren.
|