|
Lijst met woorden van 11 letters bevattend met Snelle modus Klik om een vierde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 25 woorden van elf letters bevattend met SUMassumeerden assumerende consumeerde consumenten consumentje consumerend consuminder consummatie consummeert consummeren consumptief consumpties curiosumpje gansumollen Hilversumse inreisvisum presumptief presumpties prosumenten resumeerden resumeetjes resumerende sumerologen summatietje sumoworstel 31 definities gevonden- assumeerden — w. Meervoud verleden tijd van assumeren.
- assumerende — w. Verbogen vorm van assumerend, het onvoltooid deelwoord van assumeren.
- consumeerde — w. Enkelvoud verleden tijd van consumeren.
- consumenten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord consument.
- consumentje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord consument.
- consumerend — w. Onvoltooid deelwoord van consumeren.
- consuminder — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van consuminderen. — w. Gebiedende wijs van consuminderen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van consuminderen.
- consummatie — n. Het voltrekken van het huwelijk door geslachtsgemeenschap.
- consummeert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van consummeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van consummeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van consummeren.
- consummeren — w. Overgankelijk volbrengen, voltrekken. Tegenwoordig alleen nog…
- consumptief — bijv. Betrekking hebbend op het verbruik van goederen, (op consumptie).
- consumpties — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord consumptie.
- curiosumpje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord curiosum.
- gansumollen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord gansumol.
- Hilversumse — n. (Demoniem) een vrouwelijke inwoner van Hilversum, of iemand…
- inreisvisum — n. Een visum dat men moet hebben om een land in te mogen reizen.
- presumptief — bijv. Vermoedelijk.
- presumpties — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord presumptie.
- prosumenten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord prosument.
- resumeerden — w. Meervoud verleden tijd van resumeren.
- resumeetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord resumé.
- resumerende — w. Verbogen vorm van resumerend, het onvoltooid deelwoord van resumeren.
- sumerologen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord sumeroloog.
- summatietje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord summatie.
- sumoworstel — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sumoworstelen. — w. Gebiedende wijs van sumoworstelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sumoworstelen.
Zie deze lijst voor:
| |