Lijst met woorden van 6 letters bevattend met Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 18 woorden van zes letters bevattend met STOPafstop bestop dist␣op eist␣op instop kist␣op lost␣op opstop past␣op stop␣af stopen stop␣in stopje stop␣op stopte tast␣op vist␣op wast␣op 40 definities gevonden- afstop — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afstoppen.
- bestop — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bestoppen. — w. Gebiedende wijs van bestoppen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bestoppen.
- dist␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opdissen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opdissen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opdissen.
- eist␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opeisen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opeisen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opeisen.
- instop — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van instoppen.
- kist␣op — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van opkisten#gebiedende wijs van opkisten.
- lost␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oplossen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oplossen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van oplossen.
- opstop — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opstoppen.
- past␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oppassen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oppassen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van oppassen.
- stop␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afstoppen. — w. Gebiedende wijs van afstoppen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afstoppen.
- stopen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord stoop.
- stop␣in — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van instoppen. — w. Gebiedende wijs van instoppen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van instoppen.
- stopje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord stop.
- stop␣op — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opstoppen. — w. Gebiedende wijs van opstoppen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opstoppen.
- stopte — w. Enkelvoud verleden tijd van stoppen.
- tast␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van optassen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van optassen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van optassen.
- vist␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvissen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvissen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opvissen.
- wast␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opwassen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opwassen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opwassen.
Zie deze lijst voor:
|