|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13
Er zijn 15 woorden bevattend met SCALEde-escaleer de-escaleerde de-escaleerden de-escaleert de-escaleren de-escalerend de-escalerende escaleer escaleerde escaleerden escaleert escaleren escalerend escalerende fiscalen 26 definities gevonden- de-escaleer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van de-escaleren. — w. Gebiedende wijs van de-escaleren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van de-escaleren.
- de-escaleerde — w. Enkelvoud verleden tijd van de-escaleren.
- de-escaleerden — w. Meervoud verleden tijd van de-escaleren.
- de-escaleert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van de-escaleren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van de-escaleren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van de-escaleren.
- de-escaleren — w. Overgankelijk (een geschil) minder hevig doen worden. — w. Ergatief minder hevig worden.
- de-escalerend — w. Onvoltooid deelwoord van de-escaleren.
- de-escalerende — w. Verbogen vorm van de-escalerend, het onvoltooid deelwoord van de-escaleren.
- escaleer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van escaleren. — w. Gebiedende wijs van escaleren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van escaleren.
- escaleerde — w. Enkelvoud verleden tijd van escaleren.
- escaleerden — w. Meervoud verleden tijd van escaleren.
- escaleert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van escaleren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van escaleren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van escaleren.
- escaleren — w. Ergatief stapsgewijs toenemen in omvang, intensiteit, uit de hand lopen. — w. Overgankelijk heviger maken. — w. Overgankelijk ter beslechting voordragen aan hogergeplaatsten.
- escalerend — w. Onvoltooid deelwoord van escaleren.
- escalerende — w. Verbogen vorm van escalerend, het onvoltooid deelwoord van escaleren.
- fiscalen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord fiscaal.
Zie deze lijst voor:
| |