Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11
Er zijn 21 woorden bevattend met SNAUWsnauw —— snauwt —— afsnauw gesnauw snauw␣af snauwde snauwen —— afsnauwt snauwden snauwend snauwt␣af —— afsnauwde afsnauwen snauwde␣af snauwen␣af snauwende snauwerig —— afsnauwden afsnauwend snauwden␣af —— afsnauwende 30 definities gevonden- snauw — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van snauwen. — w. Gebiedende wijs van snauwen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van snauwen.
- snauwt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van snauwen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van snauwen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van snauwen.
- afsnauw — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsnauwen.
- gesnauw — n. Het voortdurend boos en geïrriteerd spreken of schreeuwen.
- snauw␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsnauwen. — w. Gebiedende wijs van afsnauwen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsnauwen.
- snauwde — w. Enkelvoud verleden tijd van snauwen.
- snauwen — w. Iemand op geïrriteerde toon kortaf toespreken.
- afsnauwt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsnauwen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsnauwen.
- snauwden — w. Meervoud verleden tijd van snauwen.
- snauwend — w. Onvoltooid deelwoord van snauwen.
- snauwt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsnauwen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsnauwen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afsnauwen.
- afsnauwde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afsnauwen.
- afsnauwen — w. Overgankelijk iemand op geïrriteerde toon kortaf antwoorden.
- snauwde␣af — w. Enkelvoud verleden tijd van afsnauwen.
- snauwen␣af — w. Meervoud tegenwoordige tijd van afsnauwen.
- snauwende — w. Verbogen vorm van snauwend, het onvoltooid deelwoord van snauwen.
- snauwerig — bijv. Boos en kortaf.
- afsnauwden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van afsnauwen.
- afsnauwend — w. Onvoltooid deelwoord van afsnauwen.
- snauwden␣af — w. Meervoud verleden tijd van afsnauwen.
- afsnauwende — w. Verbogen vorm van afsnauwend, het onvoltooid deelwoord van afsnauwen.
|