|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13
Er zijn 22 woorden bevattend met SWITCaanswitch aanswitchen aanswitchend aanswitchende aanswitcht aanswitchte aanswitchten switch switch␣aan switchen switchen␣aan switchend switchende switcher switchers switches switcht switcht␣aan switchte switchte␣aan switchten switchten␣aan 32 definities gevonden- aanswitch — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanswitchen.
- aanswitchen — w. Overgankelijk activeren, in gang zetten, van stroom voorzien.
- aanswitchend — w. Onvoltooid deelwoord van aanswitchen.
- aanswitchende — w. Verbogen vorm van aanswitchend, het onvoltooid deelwoord van aanswitchen.
- aanswitcht — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanswitchen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanswitchen.
- aanswitchte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aanswitchen.
- aanswitchten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van aanswitchen.
- switch — n. In een korte tijd optredende verandering. — n. (Sport) wissel van spelers. — n. (Economie) uitruil van effecten.
- switch␣aan — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanswitchen. — w. Gebiedende wijs van aanswitchen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanswitchen.
- switchen — w. Omschakelen van het ene naar iets (heel) anders. — w. Van plaats verwisselen.
- switchen␣aan — w. Meervoud tegenwoordige tijd van aanswitchen.
- switchend — w. Onvoltooid deelwoord van switchen.
- switchende — w. Verbogen vorm van switchend, het onvoltooid deelwoord van switchen.
- switcher — n. Iemand die omschakelt naar iets heel anders.
- switchers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord switcher.
- switches — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord switch.
- switcht — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van switchen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van switchen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van switchen.
- switcht␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanswitchen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanswitchen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanswitchen.
- switchte — w. Enkelvoud verleden tijd van switchen.
- switchte␣aan — w. Enkelvoud verleden tijd van aanswitchen.
- switchten — w. Meervoud verleden tijd van switchen.
- switchten␣aan — w. Meervoud verleden tijd van aanswitchen.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 282 woorden
- Frans WikiWoordenboek: 83 woorden
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: 2 woorden
- Duits WikiWoordenboek: 28 woorden
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
| |