|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 9 10 11 12 13 14 18 19
Er zijn 22 woorden bevattend met SCHROKKonverschrokken onverschrokkenheden onverschrokkenheid opschrokken opschrokkend opschrokkende schrokken schrokkend schrokkende schrokken␣op schrokken␣terug schrokker schrokkerd schrokkerdje schrokkerdjes schrokkerds schrokkers schrokkertje schrokkertjes schrokkig terugschrokken verschrokken 29 definities gevonden- onverschrokken — bijv. Niet bang.
- onverschrokkenheden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord onverschrokkenheid.
- onverschrokkenheid — n. De mate waarin iemand niet terugdeinst voor iets moeilijks of gevaarlijks. — n. Iets moedigs, iets dappers.
- opschrokken — w. Overgankelijk gulzig opeten. — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van opschrikken.
- opschrokkend — w. Onvoltooid deelwoord van opschrokken.
- opschrokkende — w. Verbogen vorm van opschrokkend, het onvoltooid deelwoord van opschrokken.
- schrokken — w. Overgankelijk zo snel mogelijk eten. — w. Meervoud verleden tijd van schrikken. — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord schrok.
- schrokkend — w. Onvoltooid deelwoord van schrokken.
- schrokkende — w. Verbogen vorm van schrokkend, het onvoltooid deelwoord van schrokken.
- schrokken␣op — w. Meervoud verleden tijd van opschrikken. — w. Meervoud tegenwoordige tijd van opschrokken.
- schrokken␣terug — w. Meervoud verleden tijd van terugschrikken.
- schrokker — n. Iemand die met overmatige gretigheid iets verorbert, schrokkerd, schrokop.
- schrokkerd — n. Iemand die met overmatige gretigheid iets verorbert, schrokker, schrokop.
- schrokkerdje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord schrokkerd.
- schrokkerdjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord schrokkerd.
- schrokkerds — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord schrokkerd.
- schrokkers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord schrokker.
- schrokkertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord schrokker.
- schrokkertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord schrokker.
- schrokkig — bijv. Inhalig, hebzuchtig. — bijv. Gulzig, vraatzuchtig, schrokkerig, onmatig.
- terugschrokken — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van terugschrikken.
- verschrokken — w. Meervoud verleden tijd van verschrikken. — w. Voltooid deelwoord van verschrikken.
| |