|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13 14 15 16 18 19
Er zijn 24 woorden bevattend met SLECHTEslechten —— slechtend —— beslechten slechtende slechterik —— beslechtend verslechten verslechter —— beslechtende slechteriken slechterikje verslechtend verslechtert —— slechterikjes verslechtende verslechterde verslechteren —— verslechterden verslechterend verslechtering —— verslechterende —— verslechteringen —— verslechteringetje —— verslechteringetjes 30 definities gevonden- slechten — w. Overgankelijk (verouderd) tot op de grond toe afbreken. — w. Overgankelijk (figuurlijk) probleem, moeilijkheid verwijderen…
- slechtend — w. Onvoltooid deelwoord van slechten.
- beslechten — w. Overgankelijk een geschil tot een definitief einde brengen.
- slechtende — w. Verbogen vorm van slechtend, het onvoltooid deelwoord van slechten.
- slechterik — n. Iemand die kwaad doet.
- beslechtend — w. Onvoltooid deelwoord van beslechten.
- verslechten — w. Slechter worden; minder goed worden.
- verslechter — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verslechteren. — w. Gebiedende wijs van verslechteren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verslechteren.
- beslechtende — w. Verbogen vorm van beslechtend, het onvoltooid deelwoord van beslechten.
- slechteriken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord slechterik.
- slechterikje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord slechterik.
- verslechtend — w. Onvoltooid deelwoord van verslechten.
- verslechtert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verslechteren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verslechteren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van verslechteren.
- slechterikjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord slechterik.
- verslechtende — w. Verbogen vorm van verslechtend, het onvoltooid deelwoord van verslechten.
- verslechterde — w. Enkelvoud verleden tijd van verslechteren.
- verslechteren — w. Ergatief slechter worden, achteruitgaan. — w. Overgankelijk slechter maken.
- verslechterden — w. Meervoud verleden tijd van verslechteren.
- verslechterend — w. Onvoltooid deelwoord van verslechteren.
- verslechtering — n. Het slechter worden.
- verslechterende — w. Verbogen vorm van verslechterend, het onvoltooid deelwoord van verslechteren.
- verslechteringen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord verslechtering.
- verslechteringetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord verslechtering.
- verslechteringetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord verslechtering.
| |