Woordenlijsten Zoek woorden

Lijst met woorden van 7 letters bevattend met

Snelle modus

Klik om een vijfde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetischAllemaal op maat456789101112131415161718192021


Er zijn 21 woorden van zeven letters bevattend met TUIG

aantuigaftuigtbetuigtcattuiggetuigdgetuigegetuigtintuigtonttuigoptuigtrijtuigtuig␣aantuigagetuigdentuigendtuigjestuigt␣aftuigt␣intuigt␣opvistuigzintuig

41 definities gevonden

  • aantuig — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aantuigen.
  • aftuigt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftuigen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftuigen.
  • betuigt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van betuigen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van betuigen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van betuigen.
  • cattuig — n. (Scheepvaart) tuigage met alleen grootzeil (dus zonder fok).
  • getuigd — bijv. Voorzien van tuig of tuigage.
  • getuige — n. (Juridisch) iemand die een gebeurtenis heeft meegemaak of op… — voorz. Kondigt de grondslag aan waarop een uitspraak gedaan wordt.
  • getuigt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van getuigen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van getuigen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van getuigen.
  • intuigt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van intuigen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van intuigen.
  • onttuig — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onttuigen. — w. Gebiedende wijs van onttuigen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onttuigen.
  • optuigt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van optuigen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van optuigen.
  • rijtuig — n. (Verkeer) wagen die door een of meer paarden getrokken wordt. — n. (Verkeer) een van de wagens van trein of tram, treinwagon, tramwagon. — n. In meer algemene zin elk tuig waarmee kan worden gereden.
  • tuig␣aan — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aantuigen. — w. Gebiedende wijs van aantuigen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aantuigen.
  • tuigage — n. (Scheepvaart) het geheel van masten, bomen, zeilen en touwwerk…
  • tuigden — w. Meervoud verleden tijd van tuigen.
  • tuigend — w. Onvoltooid deelwoord van tuigen.
  • tuigjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord tuig.
  • tuigt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftuigen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftuigen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aftuigen.
  • tuigt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van intuigen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van intuigen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van intuigen.
  • tuigt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van optuigen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van optuigen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van optuigen.
  • vistuig — n. Werktuigen die men gebruikt bij het vissen zoals bijvoorbeeld…
  • zintuig — n. Een orgaan dat prikkels uit de buitenwereld in elektrische…
Vorige lijstVolgende lijst
Willekeurig woordTerug naar boven


Ortograf Inc.Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid.
© Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.