Lijst met woorden van 9 letters bevattend met Snelle modus Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 12 13
Er zijn 22 woorden van negen letters bevattend met TVASTbindt␣vast gespt␣vast hecht␣vast houdt␣vast klemt␣vast koekt␣vast lijmt␣vast loopt␣vast maakt␣vast naait␣vast neemt␣vast plakt␣vast praat␣vast raakt␣vast rijdt␣vast roest␣vast slaat␣vast slijtvast staat␣vast stelt␣vast tekstvast zuigt␣vast 56 definities gevonden- bindt␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastbinden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastbinden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vastbinden.
- gespt␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastgespen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastgespen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vastgespen.
- hecht␣vast — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van vasthechten#gebiedende wijs…
- houdt␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vasthouden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vasthouden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vasthouden.
- klemt␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastklemmen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastklemmen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vastklemmen.
- koekt␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastkoeken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastkoeken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vastkoeken.
- lijmt␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastlijmen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastlijmen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vastlijmen.
- loopt␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastlopen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastlopen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vastlopen.
- maakt␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastmaken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastmaken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vastmaken.
- naait␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastnaaien. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastnaaien. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vastnaaien.
- neemt␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastnemen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastnemen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vastnemen.
- plakt␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastplakken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastplakken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vastplakken.
- praat␣vast — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van vastpraten#gebiedende wijs van vastpraten.
- raakt␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastraken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastraken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vastraken.
- rijdt␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastrijden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastrijden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vastrijden.
- roest␣vast — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van vastroesten#gebiedende wijs…
- slaat␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastslaan. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastslaan. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vastslaan.
- slijtvast — bijv. Heel goed bestand zijn tegen langdurig gebruik.
- staat␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vaststaan. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vaststaan. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vaststaan.
- stelt␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vaststellen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vaststellen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vaststellen.
- tekstvast — bijv. In staat om tekst correct te onthouden.
- zuigt␣vast — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastzuigen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastzuigen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vastzuigen.
|