|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 18 20 21
Er zijn 25 woorden bevattend met TEUGEademteugen beteugel beteugelbaar beteugelde beteugelden beteugelen beteugelend beteugelende beteugeling beteugelingen beteugelingsdam beteugelingsdammen beteugelingsdammetje beteugelingsdammetjes beteugelt neukteugel neukteugels teugel teugelloos teugelloosheden teugelloosheid teugels teugeltje teugeltjes teugen 34 definities gevonden- ademteugen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord ademteug.
- beteugel — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beteugelen. — w. Gebiedende wijs van beteugelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beteugelen.
- beteugelbaar — bijv. Dat iets onder controle gehouden kan worden.
- beteugelde — w. Enkelvoud verleden tijd van beteugelen.
- beteugelden — w. Meervoud verleden tijd van beteugelen.
- beteugelen — w. Overgankelijk in bedwang houden, intomen, bedwingen.
- beteugelend — w. Onvoltooid deelwoord van beteugelen.
- beteugelende — w. Verbogen vorm van beteugelend, het onvoltooid deelwoord van beteugelen.
- beteugeling — n. Het in bedwang houden van iets of iemand.
- beteugelingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord beteugeling.
- beteugelingsdam — n. (Waterbeheer) dam die door een geul, slenk, sluitgat, enz…
- beteugelingsdammen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord beteugelingsdam.
- beteugelingsdammetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord beteugelingsdam.
- beteugelingsdammetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord beteugelingsdam.
- beteugelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beteugelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beteugelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van beteugelen.
- neukteugel — n. (Pejoratief) stroken gezichtsbeharing bij mannen die vanaf… — n. (Anatomie) vetrol boven de heupen. — n. (Anatomie) spierbundel die in de onderbuik van opzij schuin…
- neukteugels — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord neukteugel.
- teugel — n. Riem of koord waarmee men een last- of rijdier bestuurt. — n. De streek bij vogels tussen het oog en de wortel van de bovensnavel. — n. (Riem of koord voor het besturen van dieren).
- teugelloos — bijv. Zonder teugel.
- teugelloosheden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord teugelloosheid.
- teugelloosheid — n. Het teugelloos zijn. — n. Tomeloosheid, stuurloosheid.
- teugels — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord teugel.
- teugeltje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord teugel.
- teugeltjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord teugel.
- teugen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord teug.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: geen woord
- Frans WikiWoordenboek: 25 woorden
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: geen woord
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
| |