Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 9 10 11 12 13 14 15
Er zijn 25 woorden bevattend met TEWEEbrachten␣teweeg bracht␣teweeg brengen␣teweeg breng␣teweeg brengt␣teweeg juteweefsel juteweefsels lenteweer lenteweertje lenteweertjes stelde␣teweer stilteweek stilteweekje stilteweekjes teweeg teweegbracht teweegbrachten teweegbreng teweegbrengen teweegbrengend teweegbrengende teweegbrengt teweerstellen teweerstellend ziekteweek 31 definities gevonden- brachten␣teweeg — w. Meervoud verleden tijd van teweegbrengen.
- bracht␣teweeg — w. Enkelvoud verleden tijd van teweegbrengen.
- brengen␣teweeg — w. Meervoud tegenwoordige tijd van teweegbrengen.
- breng␣teweeg — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van teweegbrengen. — w. Gebiedende wijs van teweegbrengen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van teweegbrengen.
- brengt␣teweeg — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van teweegbrengen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van teweegbrengen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van teweegbrengen.
- juteweefsel — n. (Textielindustrie) een grof weefsel van jute vervaardigd.
- juteweefsels — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord juteweefsel.
- lenteweer — n. (Meteorologie) zacht aangenaam weer zoals dat in het lente soms voorkomt.
- lenteweertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord lenteweer.
- lenteweertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord lenteweer.
- stelde␣teweer — w. Enkelvoud verleden tijd van teweerstellen.
- stilteweek — n. Een week die men zwijgend in stilte doorbrengt.
- stilteweekje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord stilteweek.
- stilteweekjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord stilteweek.
- teweeg — bijw. Bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord op gang… — bijw. Op weg, op het punt, van plan.
- teweegbracht — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van teweegbrengen.
- teweegbrachten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van teweegbrengen.
- teweegbreng — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd…
- teweegbrengen — w. Veroorzaken.
- teweegbrengend — w. Onvoltooid deelwoord van teweegbrengen.
- teweegbrengende — w. Verbogen vorm van teweegbrengend, het onvoltooid deelwoord van teweegbrengen.
- teweegbrengt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd… — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van teweegbrengen.
- teweerstellen — w. Verzet plegen.
- teweerstellend — w. Onvoltooid deelwoord van teweerstellen.
- ziekteweek — n. Periode van 7 dagen dat men ziek is en niet kan werken.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 4 woorden
- Frans WikiWoordenboek: geen woord
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: geen woord
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
|