Lijst met woorden bevattend met

  Snelle modus

Klik om een zesde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  6  7  8  9  11  12  13  14  16  17

Er zijn 19 woorden bevattend met TRAIT

maltraiteer  maltraiteerde  maltraiteerden  maltraiteert  maltraiteren  maltraiterend  maltraiterende  retraite  retraites  trait-d'union  trait-d'unionnetje  trait-d'unionnetjes  trait-d'unions  traite  traites  traiteur  traiteurs  traiteurtje  traiteurtjes

25 definities gevonden

• maltraiteer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van maltraiteren. — w. Gebiedende wijs van maltraiteren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van maltraiteren.
• maltraiteerde — w. Enkelvoud verleden tijd van maltraiteren.
• maltraiteerden — w. Meervoud verleden tijd van maltraiteren.
• maltraiteert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van maltraiteren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van maltraiteren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van maltraiteren.
• maltraiteren — w. Verkeerd behandelen. — w. Pijn doen.
• maltraiterend — w. Onvoltooid deelwoord van maltraiteren.
• maltraiterende — w. Verbogen vorm van maltraiterend, het onvoltooid deelwoord van maltraiteren.
• retraite — n. (Religie) afzondering voor spiritueel zelfonderzoek en geestelijke oefening.
• retraites — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord retraite.
• trait-d'union — n. (Leesteken) het teken, een liggend streepje, dat wordt geplaatst… — n. Iemand die het contact tussen twee personen of organisaties onderhoudt.
• trait-d'unionnetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord trait-d’union.
• trait-d'unionnetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord trait-d’union.
• trait-d'unions — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord trait-d’union.
• traite — n. (Handel) onvoorwaardelijke, schriftelijk vastgelegde betalingsopdracht.
• traites — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord traite.
• traiteur — n. (Beroep) iemand die maaltijden maakt om mee naar huis te nemen.
• traiteurs — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord traiteur.
• traiteurtje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord traiteur.
• traiteurtjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord traiteur.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 196 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 1651 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: 2 woorden
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: 2 woorden
• Portugees WikiWoordenboek: geen woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.