Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 17 18
Er zijn 21 woorden bevattend met TRONKbloemkoolstronk bloemkoolstronken bloemkoolstronkje bloemkoolstronkjes boomstronk boomstronken boomstronkje boomstronkjes kerststronk kerststronken kerststronkje kerststronkjes natronkalk natronkalkje natronkalkjes stronk stronken stronkje stronkjes tronk tronken 23 definities gevonden- bloemkoolstronk — n. De stronk van een bloemkool.
- bloemkoolstronken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bloemkoolstronk.
- bloemkoolstronkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bloemkoolstronk.
- bloemkoolstronkjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord bloemkoolstronk.
- boomstronk — n. (Plantkunde) (afgezaagde) stam van een boom.
- boomstronken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord boomstronk.
- boomstronkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord boomstronk.
- boomstronkjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord boomstronk.
- kerststronk — n. (België) (voeding) (kerst) een gebak in de vorm van een stronk…
- kerststronken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kerststronk.
- kerststronkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord kerststronk.
- kerststronkjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord kerststronk.
- natronkalk — n. Mengsel van natriumhydroxide en calciumhydroxide.
- natronkalkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord natronkalk.
- natronkalkjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord natronkalk.
- stronk — n. Boomstronk (stobbe), onderste dikke stamdeel van een boom.
- stronken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord stronk.
- stronkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord stronk.
- stronkjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord stronk.
- tronk — n. Boomstam waarvan het bovenste deel en de takken zijn afgehakt. — n. Onderste deel van een boom bestaand uit de wortels en een deel… — n. Afgeknotte boom of struik.
- tronken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord tronk.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 5 woorden
- Frans WikiWoordenboek: 36 woorden
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: geen woord
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
|