Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 11 12 14 15 16 17 18 19 20
Er zijn 23 woorden bevattend met TREINBtreinbegeleider treinbegeleiders treinbegeleidertje treinbegeleidertjes treinbeïnvloeding treinbestuurder treinbestuurders treinbestuurdertje treinbestuurdertjes treinbestuurster treinbestuursters treinbestuurstertje treinbestuurstertjes treinbotsing treinbotsingen treinbotsinkje treinbotsinkjes treinbouwer treinbouwers treinbouwertje treinbouwertjes zweeftreinbaan zweeftreinbanen 24 definities gevonden- treinbegeleider — n. (Spoorwegen) (beroep) (België) een medewerker van de spoorwegen…
- treinbegeleiders — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord treinbegeleider.
- treinbegeleidertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord treinbegeleider.
- treinbegeleidertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord treinbegeleider.
- treinbeïnvloeding — n. (Spoorwegen) een systeem dat een machinist kan waarschuwen…
- treinbestuurder — n. (Beroep) (spoorwegen) een bestuurder van een trein.
- treinbestuurders — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord treinbestuurder.
- treinbestuurdertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord treinbestuurder.
- treinbestuurdertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord treinbestuurder.
- treinbestuurster — n. Vrouwelijke vorm van treinbestuurder.
- treinbestuursters — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord treinbestuurster.
- treinbestuurstertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord treinbestuurster.
- treinbestuurstertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord treinbestuurster.
- treinbotsing — n. (Spoorwegen) botsing waarbij een trein betrokken is.
- treinbotsingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord treinbotsing.
- treinbotsinkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord treinbotsing.
- treinbotsinkjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord treinbotsing.
- treinbouwer — n. (Beroep) (spoorwegen) iemand die treinen bouwt. — n. (Spoorwegen) een bedrijf dat treinen bouwt.
- treinbouwers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord treinbouwer.
- treinbouwertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord treinbouwer.
- treinbouwertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord treinbouwer.
- zweeftreinbaan — n. Monorail waar een zweeftrein overheen kan gaan.
- zweeftreinbanen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zweeftreinbaan.
|