Lijst met woorden van 7 letters bevattend met

  Snelle modus

Klik om een vijfde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  6  7  8  9  10  11  12  13  14  15  16  17  18  19  20  21

Er zijn 23 woorden van zeven letters bevattend met UITK

tuitkan  uitkakt  uitkamt  uitkant  uitkapt  uitkauw  uitkeek  uitkeer  uitkien  uitkies  uitkijk  uitklap  uitklop  uitknip  uitknop  uitkomt  uitkook  uitkoop  uitkoos  uitkots  uitkrab  uitkuis  uitkwam

31 definities gevonden

• tuitkan — n. Kan met een uitstulping aan de bovenrand om het schenken te vergemakkelijken. — n. Kan met een pijpje aan de zijkant om het schenken te vergemakkelijken.
• uitkakt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkakken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkakken.
• uitkamt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkammen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkammen.
• uitkant — n. De grens aan de buitenzijde.
• uitkapt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkappen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkappen.
• uitkauw — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkauwen.
• uitkeek — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitkijken.
• uitkeer — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkeren.
• uitkien — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkienen.
• uitkies — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkiezen.
• uitkijk — n. Plek waarvan men uitkijkt. — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkijken.
• uitklap — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitklappen.
• uitklop — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkloppen.
• uitknip — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitknippen.
• uitknop — n. Toets waarmee men een toestel buitenwerking kan stellen.
• uitkomt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkomen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkomen.
• uitkook — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkoken.
• uitkoop — n. Vrijkoop. — n. Afkoopsom. — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkopen.
• uitkoos — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitkiezen.
• uitkots — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkotsen.
• uitkrab — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkrabben.
• uitkuis — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkuisen.
• uitkwam — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitkomen.

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.