Lijst met woorden van 7 letters bevattend met Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 19 woorden van zeven letters bevattend met UITZuitzaad uitzaag uitzaai uitzakt uitzege uitzeil uitzend uitziek uitzien uitziet uitzing uitzoek uitzond uitzong uitzoog uitzoom uitzuig uitzwem uitzwom 22 definities gevonden- uitzaad — n. Graan dat men gebruikt als zaadgoed.
- uitzaag — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzagen.
- uitzaai — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzaaien.
- uitzakt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzakken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzakken.
- uitzege — n. Het winnen van een wedstrijd die men speelt op het terrein…
- uitzeil — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzeilen.
- uitzend — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzenden.
- uitziek — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzieken.
- uitzien — w. Een zekere aanblik hebben: zie eruitzien. — w. Inergatief ~ naar een verlangen koesteren.
- uitziet — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzien. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzien.
- uitzing — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzingen.
- uitzoek — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzoeken.
- uitzond — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitzenden.
- uitzong — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitzingen.
- uitzoog — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitzuigen.
- uitzoom — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzoomen.
- uitzuig — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzuigen.
- uitzwem — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzwemmen.
- uitzwom — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitzwemmen.
|