|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14
Er zijn 19 woorden bevattend met UITKNIuitknijp uitknijpen uitknijpend uitknijpende uitknijpt uitknikker uitknikkerde uitknikkerden uitknikkeren uitknikkerend uitknikkerende uitknikkert uitknip uitknippen uitknippend uitknippende uitknipt uitknipte uitknipten 25 definities gevonden- uitknijp — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitknijpen.
- uitknijpen — w. Leeg maken door te knijpen. — w. (Figuurlijk) voordeel behalen ten koste van iemand of iets anders.
- uitknijpend — w. Onvoltooid deelwoord van uitknijpen.
- uitknijpende — w. Verbogen vorm van uitknijpend, het onvoltooid deelwoord van uitknijpen.
- uitknijpt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitknijpen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitknijpen.
- uitknikker — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitknikkeren.
- uitknikkerde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitknikkeren.
- uitknikkerden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van uitknikkeren.
- uitknikkeren — w. Overgankelijk, (spel) het uit de pot wegschieten van een knikker…
- uitknikkerend — w. Onvoltooid deelwoord van uitknikkeren.
- uitknikkerende — w. Verbogen vorm van uitknikkerend, het onvoltooid deelwoord van uitknikkeren.
- uitknikkert — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitknikkeren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitknikkeren.
- uitknip — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitknippen.
- uitknippen — w. Met een schaar een figuur uit een bladpapier halen. — w. Het elektrische licht met een schakelaar uitdoen. — w. Een kaars door knippen doven.
- uitknippend — w. Onvoltooid deelwoord van uitknippen.
- uitknippende — w. Verbogen vorm van uitknippend, het onvoltooid deelwoord van uitknippen.
- uitknipt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitknippen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitknippen.
- uitknipte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitknippen.
- uitknipten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van uitknippen.
| |