Lijst met woorden van 6 letters bevattend met

  Snelle modus

Klik om een vierde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  3  4  5  6  7  8  9  10  11  12  13  14  15  16  17  18  19  20  21

Er zijn 23 woorden van zes letters bevattend met VLA

afvlag  afvlak  bevlag  gevlag  kevlar  omvlag  opvlam  Vlaams  vladen  vlag␣af  vlagde  vlagen  vlagje  vlag␣om  vlakaf vlak␣af  vlaken  vlakje  vlakte  vlamde  vlam␣op  vlasje  vlaste

36 definities gevonden

• afvlag — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvlaggen.
• afvlak — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvlakken.
• bevlag — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bevlaggen. — w. Gebiedende wijs van bevlaggen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bevlaggen.
• gevlag — n. Het telkens of aanhoudend de vlag uitsteken.
• kevlar — n. (Materiaalkunde) een synthetische vezel die erg sterk is. — bijv. (Materiaalkunde) gemaakt van kevlar.
• omvlag — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omvlaggen.
• opvlam — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvlammen.
• Vlaams — n. (Taal) Nederlands zoals dat in Vlaanderen gesproken wordt. — bijv. (Demoniem) betrekking hebbende op Vlaanderen of de Vlamingen.
• vladen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord vlade.
• vlag␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvlaggen. — w. Gebiedende wijs van afvlaggen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvlaggen.
• vlagde — w. Enkelvoud verleden tijd van vlaggen.
• vlagen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord vlaag.
• vlagje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vlag.
• vlag␣om — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omvlaggen. — w. Gebiedende wijs van omvlaggen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omvlaggen.
• vlakaf — bijw. Zonder omwegen, vlakuit.
• vlak␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvlakken. — w. Gebiedende wijs van afvlakken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvlakken.
• vlaken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord vlaak.
• vlakje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vlak.
• vlakte — n. Gebied met weinig of geen hoogteverschillen. — w. Enkelvoud verleden tijd van vlakken.
• vlamde — w. Enkelvoud verleden tijd van vlammen.
• vlam␣op — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvlammen. — w. Gebiedende wijs van opvlammen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvlammen.
• vlasje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vlas.
• vlaste — w. Enkelvoud verleden tijd van vlassen.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 12 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 4 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: 1 woord
• Duits WikiWoordenboek: geen woord
• Portugees WikiWoordenboek: geen woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.