Woordenlijsten Zoek woorden

Lijst met woorden bevattend met

Snelle modus

Klik om een vijfde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetischAllemaal op maat45678910


Er zijn 20 woorden bevattend met VIJS

aanvijsaanvijstafvijsafvijstoogvijsoogvijsjeoogvijsjesopvijsopvijstvijsvijs␣aanvijs␣afvijsde␣opvijsjevijsjesvijs␣opvijstvijst␣aanvijst␣afvijst␣op

39 definities gevonden

  • aanvijs — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanvijzen.
  • aanvijst — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanvijzen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanvijzen.
  • afvijs — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvijzen.
  • afvijst — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvijzen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvijzen.
  • oogvijs — n. Ringetje met een schroef eraan.
  • oogvijsje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord oogvijs.
  • oogvijsjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord oogvijs.
  • opvijs — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvijzen.
  • opvijst — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvijzen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvijzen.
  • vijs — n. IJzeren staafje of kegeltje met schroefdraad dat gebruikt wordt… — bijv. Vies, vuil. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vijzen.
  • vijs␣aan — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanvijzen. — w. Gebiedende wijs van aanvijzen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanvijzen.
  • vijs␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvijzen. — w. Gebiedende wijs van afvijzen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvijzen.
  • vijsde␣op — w. Enkelvoud verleden tijd van opvijzen.
  • vijsje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vijs.
  • vijsjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord vijs.
  • vijs␣op — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvijzen. — w. Gebiedende wijs van opvijzen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvijzen.
  • vijst — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vijzen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vijzen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vijzen.
  • vijst␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanvijzen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanvijzen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanvijzen.
  • vijst␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvijzen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvijzen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afvijzen.
  • vijst␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvijzen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvijzen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opvijzen.
Vorige lijstVolgende lijst
Willekeurig woordTerug naar boven


Ortograf Inc.Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid.
© Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.