Lijst met woorden van 9 letters bevattend met Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 25 woorden van negen letters bevattend met WIJDingewijde inwijdden inwijdend inwijding ontwijdde ontwijden toegewijd toewijdde toewijden uitwijdde uitwijden verwijdde verwijden verwijder wagenwijd wijdbeens wijdden␣in wijdde␣toe wijdde␣uit wijdeling wijden␣toe wijden␣uit wijdingen wijdlopig wijdmazig 32 definities gevonden- ingewijde — n. Iemand die bekend is met een geheim. — n. Iemand die bekend is met een ingewikkelde zaak. — n. Iemand die op de hoogte is gesteld van een religieus geheim.
- inwijdden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van inwijden.
- inwijdend — w. Onvoltooid deelwoord van inwijden.
- inwijding — n. Serie handelingen om iemand op te nemen in een groep.
- ontwijdde — w. Enkelvoud verleden tijd van ontwijden.
- ontwijden — w. Iets of iemand van zijn heiligheid ontdoen.
- toegewijd — bijv. Met veel zorg een aandacht.
- toewijdde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van toewijden.
- toewijden — w. Ergens met grote zorg aandacht aan besteden en zich voor geven. — w. Ergens aan wijden.
- uitwijdde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitwijden.
- uitwijden — w. Ergatief wijder worden. — w. Overgankelijk wijder maken.
- verwijdde — w. Enkelvoud verleden tijd van verwijden.
- verwijden — w. Iets ruimer maken.
- verwijder — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwijderen. — w. Gebiedende wijs van verwijderen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwijderen.
- wagenwijd — bijv. Bijzonder wijd, zo wijd dat een wagen er door kan.
- wijdbeens — bijw. Met de benen gespreid.
- wijdden␣in — w. Meervoud verleden tijd van inwijden.
- wijdde␣toe — w. Enkelvoud verleden tijd van toewijden.
- wijdde␣uit — w. Enkelvoud verleden tijd van uitwijden.
- wijdeling — n. (Religie) iemand die de priesterwijding ontvangt.
- wijden␣toe — w. Meervoud tegenwoordige tijd van toewijden.
- wijden␣uit — w. Meervoud tegenwoordige tijd van uitwijden.
- wijdingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord wijding.
- wijdlopig — bijv. Te veel woorden gebruiken voor een mededeling en daardoor…
- wijdmazig — bijv. Van een net dat het grote gaten heeft. — bijv. Van een netwerk dat de onderdelen daarvan ver van elkaar liggen.
|