|
Lijst met woorden van 9 letters bevattend met Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 16 woorden van negen letters bevattend met WISSELafwisselt herwissel inwisselt omwisselt uitwissel verwissel wisselaar wisselbad wisselden wisselend wisseling wisselt␣af wisselt␣in wisseltje wisselt␣om wissel␣uit 32 definities gevonden- afwisselt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afwisselen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afwisselen.
- herwissel — n. (Financieel) geprotesteerde wissel met de protest-nota.
- inwisselt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwisselen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwisselen.
- omwisselt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwisselen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwisselen.
- uitwissel — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitwisselen.
- verwissel — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwisselen. — w. Gebiedende wijs van verwisselen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwisselen.
- wisselaar — n. Apparaat waarmee men iets kan wisselen. — n. Iemand die geld wisselt, een geldwisselaar.
- wisselbad — n. (Medisch) het afwisselend baden of douchen in warm en koud…
- wisselden — w. Meervoud verleden tijd van wisselen.
- wisselend — bijv. Aan wisseling onderhevig. — w. Onvoltooid deelwoord van wisselen.
- wisseling — n. Het wisselen, de ruil, verruiling. — n. Het overgaan van de ene in de andere bijv. eeuwwisseling.
- wisselt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afwisselen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afwisselen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afwisselen.
- wisselt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwisselen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwisselen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inwisselen.
- wisseltje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord wissel.
- wisselt␣om — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwisselen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwisselen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van omwisselen.
- wissel␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitwisselen. — w. Gebiedende wijs van uitwisselen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitwisselen.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: geen woord
- Frans WikiWoordenboek: 1 woord
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: geen woord
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
| |