Lijst met woorden bevattend met

  Snelle modus

Klik om een achtste letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  8  9  10  11  12  13

Er zijn 22 woorden bevattend met WISSELE

afwisselen  afwisselend  afwisselende  inwisselen  inwisselend  inwisselende  omwisselen  omwisselend  omwisselende  uitwisselen  uitwisselend  uitwisselende  verwisselen  verwisselend  verwisselende  wisselen  wisselen␣af  wisselend  wisselende  wisselen␣in  wisselen␣om  wisselen␣uit

31 definities gevonden

• afwisselen — w. Inergatief om en om plaatsvinden. — w. Overgankelijk twee of meer zaken om en om laten plaatsvinden.
• afwisselend — bijv. Elkaar vervangend, nu eens hier dan dan weer daar. — bijw. Op afwisselende wijze. — w. Onvoltooid deelwoord van afwisselen.
• afwisselende — w. Verbogen vorm van afwisselend, het onvoltooid deelwoord van afwisselen.
• inwisselen — w. Iets ruilen voor iets anders. — w. Iemand inwisselen voor iemand anders.
• inwisselend — w. Onvoltooid deelwoord van inwisselen.
• inwisselende — w. Verbogen vorm van inwisselend, het onvoltooid deelwoord van inwisselen.
• omwisselen — w. Overgankelijk het één van plaats ruilen met het ander. — w. Overgankelijk het één ruilen voor het ander.
• omwisselend — w. Onvoltooid deelwoord van omwisselen.
• omwisselende — w. Verbogen vorm van omwisselend, het onvoltooid deelwoord van omwisselen.
• uitwisselen — w. Overgankelijk wederzijds ruilen. — w. Een bericht naar elkaar sturen.
• uitwisselend — w. Onvoltooid deelwoord van uitwisselen.
• uitwisselende — w. Verbogen vorm van uitwisselend, het onvoltooid deelwoord van uitwisselen.
• verwisselen — w. Overgankelijk ~ met twee zaken elkaars plaats in doen nemen.
• verwisselend — w. Onvoltooid deelwoord van verwisselen.
• verwisselende — w. Verbogen vorm van verwisselend, het onvoltooid deelwoord van verwisselen.
• wisselen — w. Inergatief veranderen. — w. Inergatief op een ander spoor overgaan van treinen. — w. Overgankelijk het een voor het ander nemen of geven.
• wisselen␣af — w. Meervoud tegenwoordige tijd van afwisselen.
• wisselend — bijv. Aan wisseling onderhevig. — w. Onvoltooid deelwoord van wisselen.
• wisselende — w. Verbogen vorm van wisselend, het onvoltooid deelwoord van wisselen.
• wisselen␣in — w. Meervoud tegenwoordige tijd van inwisselen.
• wisselen␣om — w. Meervoud tegenwoordige tijd van omwisselen.
• wisselen␣uit — w. Meervoud tegenwoordige tijd van uitwisselen.

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.