Lijst met woorden bevattend met

  Snelle modus

Klik om een zesde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  5  7  8  9  10  11

Er zijn 19 woorden bevattend met ZAAGT

afzaagt  doorzaagt  figuurzaagt  herzaagt  inzaagt  omzaagt  uitzaagt  verzaagt  zaagt  zaagt␣af  zaagtand  zaagtanden  zaagtandje  zaagtandjes  zaagt␣door  zaagt␣in  zaagt␣om  zaagt␣uit  ziegezaagt

44 definities gevonden

• afzaagt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzagen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzagen.
• doorzaagt — w. Gij-vorm verleden tijd van doorzien. — w. (In een bijzin) gij-vorm verleden tijd van doorzien. — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorzagen.
• figuurzaagt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van figuurzagen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van figuurzagen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van figuurzagen.
• herzaagt — w. Gij-vorm verleden tijd van herzien.
• inzaagt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzagen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzagen.
• omzaagt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omzagen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omzagen.
• uitzaagt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzagen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzagen.
• verzaagt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verzagen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verzagen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van verzagen.
• zaagt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zagen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zagen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van zagen.
• zaagt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzagen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzagen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afzagen.
• zaagtand — n. Een scherpe tandvormige karteling aangebracht op de rand van een zaagblad. — n. (Overdrachtelijk) iets in de vorm van een zaagtand.
• zaagtanden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zaagtand.
• zaagtandje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zaagtand.
• zaagtandjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord zaagtand.
• zaagt␣door — w. Gij-vorm verleden tijd van doorzien. — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorzagen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorzagen.
• zaagt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzagen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzagen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inzagen.
• zaagt␣om — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omzagen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omzagen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van omzagen.
• zaagt␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzagen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzagen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitzagen.
• ziegezaagt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ziegezagen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ziegezagen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van ziegezagen.

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.