Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 12 13
Er zijn 15 woorden bevattend met ZABBERzabber zabberaar zabberaars zabberaartje zabberaartjes zabberde zabberden zabberdoek zabberdoeken zabberdoekje zabberdoekjes zabberen zabberend zabberende zabbert 19 definities gevonden- zabber — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zabberen. — w. Gebiedende wijs van zabberen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zabberen.
- zabberaar — n. Iemand die sabbert.
- zabberaars — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zabberaar.
- zabberaartje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zabberaar.
- zabberaartjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord zabberaar.
- zabberde — w. Enkelvoud verleden tijd van zabberen.
- zabberden — w. Meervoud verleden tijd van zabberen.
- zabberdoek — n. Een doek om op te knoeien.
- zabberdoeken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zabberdoek.
- zabberdoekje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zabberdoek.
- zabberdoekjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord zabberdoek.
- zabberen — w. Knoeien of kliederen.
- zabberend — w. Onvoltooid deelwoord van zabberen.
- zabberende — w. Verbogen vorm van zabberend, het onvoltooid deelwoord van zabberen.
- zabbert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zabberen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zabberen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van zabberen.
|