|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een negende letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 10 11 12 13 14 15 16 17 18
Er zijn 20 woorden bevattend met ZAKELIJKzakelijk —— onzakelijk —— oorzakelijk verzakelijk —— noodzakelijk zakelijkheid —— hoofdzakelijk verzakelijken verzakelijkte zakelijkheden —— verzakelijkend verzakelijkten —— oorzakelijkheid verzakelijkende —— niet-noodzakelijk noodzakelijkheid oorzakelijkheden —— noodzakelijkheden —— hoogstnoodzakelijk noodzakelijkerwijs 27 definities gevonden- zakelijk — bijv. Zoals dat onder zakenlieden gebruikelijk is. — bijv. Gebaseerd op de feiten.
- onzakelijk — bijv. Niet rekening houdend met de financiële consequenties. — bijv. Te emotioneel en gevoelig zijn. — bijv. Niet passend bij iemand die iets beroepsmatig doet.
- oorzakelijk — bijv. De oorzaak van iets in zich sluitend.
- verzakelijk — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verzakelijken. — w. Gebiedende wijs van verzakelijken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verzakelijken.
- noodzakelijk — bijv. Erg nodig.
- zakelijkheid — n. Het zich gedragen zoals dat onder zakenlieden gebruikelijk…
- hoofdzakelijk — bijw. In belangrijke mate, in overwegende mate.
- verzakelijken — w. Uitschakelen van persoonlijke emoties.
- verzakelijkte — w. Enkelvoud verleden tijd van verzakelijken.
- zakelijkheden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zakelijkheid.
- verzakelijkend — w. Onvoltooid deelwoord van verzakelijken.
- verzakelijkten — w. Meervoud verleden tijd van verzakelijken.
- oorzakelijkheid — n. Verband tussen oorzaak en gevolg.
- verzakelijkende — w. Verbogen vorm van verzakelijkend, het onvoltooid deelwoord van verzakelijken.
- niet-noodzakelijk — bijv. Zonder dwingende reden, zonder dwingende reden gebruikt.
- noodzakelijkheid — n. Het noodzakelijk zijn. — n. Noodzaak.
- oorzakelijkheden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord oorzakelijkheid.
- noodzakelijkheden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord noodzakelijkheid.
- hoogstnoodzakelijk — bijv. Wat het allerbelangrijkste is; wat niet gemist kan worden.
- noodzakelijkerwijs — bijw. Te wijten aan de noodzaak, noodgedwongen. — bijw. Door de wetten van de logica afgedwongen, onvermijdelijk.
| |