|
Alle woorden van 4 letters met als laatste letterKlik om de positie in het woord vanaf het begin te wijzigen 1. 2. 3. 4. Klik om de positie in het woord van het einde te wijzigen 2. 3. 4. Klik om de letter te wijzigen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 19 woorden van vier letters met J als laatste letter-arij blij Braj brij -erij fisj glij hadj hasj iesj nasj resj rosj SFRJ snij spij vlij vrij vrij. 35 definities gevonden- -arij — Ter aanduiding van de door het grondwoord genoemde handeling. — Bedrijf waar het door het grondwoord genoemde wordt verricht.
- blij — bijv. Vrolijk van stemming.
- Braj — n. (Taal) Indische taal gesproken door 1,6 miljoen mensen in het…
- brij — n. Halfvloeibaar kooksel, pap. — n. Modder. — n. Onsamenhangende hoeveelheid zonder duidelijke betekenis zie…
- -erij — Ter aanduiding van de door het grondwoord genoemde handeling. — Bedrijf waar het door het grondwoord genoemde wordt verricht.
- fisj — n. (Jiddisch-Hebreeuws) (voeding) vis (alleen in onderstaande verbindingen).
- glij — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van glijden. — w. Gebiedende wijs van glijden. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van glijden.
- hadj — n. Islamitische bedevaart naar Mekka gedurende de bedevaartsmaand.
- hasj — n. (Maatschappij), (verkorting) softdrug, bereid uit ingedikt…
- iesj — n. (Jiddisch-Hebreeuws) man.
- nasj — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nasjen. — w. Gebiedende wijs van nasjen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nasjen.
- resj — n. (Jiddisch-Hebreeuws) hoofd (alleen in onderstaande verbindingen).
- rosj — n. (Jiddisch-Hebreeuws) hoofd. — n. (Jiddisch-Hebreeuws) begin. — n. (Jiddisch-Hebreeuws) voorzitter.
- SFRJ — eig. (Toponiem: land) Socialistische Federale Republiek Joegoslavië…
- snij — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van snijden. — w. Gebiedende wijs van snijden. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van snijden.
- spij — n. (Verouderd) speeksel, spuug.
- vlij — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vlijen. — w. Gebiedende wijs van vlijen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vlijen.
- vrij — bijv. Niet de genoemde tekortkoming hebbend, niet onderhevig aan… — bijv. Ongebonden, niet in beweging beperkt. — bijv. Beschikbaar.
- vrij. — n. (Afkorting), (tijdrekening), (dag) vrijdag, de vijfde dag van de werkweek.
| |