Het woord staat in de Wiktionary4 korte fragmenten uit het WikiWoordenboek (Dit is een meertalig en vrij woordenboek waaraan iedereen kan meehelpen.)— Nederlandse woorden —- thuisbankier n. Iemand die zijn bankzaken thuis afhandelt.
- thuisbankier w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuisbankieren.
- thuisbankier w. Gebiedende wijs van thuisbankieren.
- thuisbankier w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuisbankieren.
20 Nederlandse woorden uit 4 Nederlandse definitiesafhandelt Bij die Eerste Eerste␣persoon enkelvoud Gebiedende Gebiedende␣wijs Iemand inversie persoon tegenwoordige␣tijd thuis thuisbankieren tijd tweede tweede␣persoon van wijs zijn 7 achtervoegsels (Nieuwe woorden gevormd door het toevoegen van een of meer letters aan het einde van het woord.)thuisbankiers thuisbankiert thuisbankierde thuisbankieren thuisbankierden thuisbankierend thuisbankierende 12 subwoorden (Woorden gevonden zoals ze binnen het woord zijn. Minimummaat van 3 letters.)ank ban bank bankier hui huis huisbank huisbankier Ier -ier kier thuis 5 subwoorden RnL (Woorden geschreven van rechts naar links, gevonden zoals ze zijn in het woord. Minimummaat van 3 letters.)ABS abs- eik rei reik 2 anagrammen gevonden met een extra letter (Nieuwe woorden gevormd met de hele letter van het woord en een extra letter.)thuisbankiers thuisbankiert Een anagram gevonden minus een letter (Nieuw woord gevormd met de hele letter van het woord minus een letter.)huisbankier Een lipogram (Nieuw woord gevormd door het verwijderen van een letter van het woord.)huisbankier
Zie dit woord in een andere taalEnglish Français Español Italiano Deutsch Português
|